Gisteren kwam ik iemand tegen bij de wedstrijd VVS’46 – De Valken, die vroeg me een stukkie te schrijven voor DeValken.com, in principe ben ik daar op tegen totdat ik een besluit neem, dan ben ik ervoor.
Kijk, in principe is De Valken 1 een aardig team, ze missen alleen een aantal details waardoor ze niet mee kunnen draaien in de top. Kijk, er zijn in een wedstrijd drie minuten, en die zijn natuurlijk onderverdeeld in momenten, dat zijn de momenten waar het op aankomt in een wedstrijd. Als een wedstrijd niet loopt, zie je weer hoe belangrijk details zijn. Dan zijn er in die details weer details die verkeerd gaan. Je moet alle details op honderd hebben, anders gaat het gegarandeerd mis. De Rijp is voor dit seizoen een titelkandidaat. Die hebben namelijk een stel gasten op de bank zitten die de details heel goed kunnen invullen.
Ik denk dat het Valken 1 het niet ontbreekt aan techniek maar aan taktiek bij diverse spelers, en taktiek is niet je man uitschakelen of zo. Nee, het is weten waar je mee bezig bent. Kijk, neem nu Dolph Karel, die doet een stap naar links, rechts of terug om de keeper te helpen. Of in aanvallend opzicht die halve meter naar voren te stappen om een afspeelmogelijkheid te creëren voor degene met de bal.
Techniek is er genoeg. Ik houd van creatieve spelers, Lennard Groot is zo’n speler, heerlijk om naar te kijken. Ik zal zo’n speler nooit proberen uit te schakelen door middel van een mandekker. Ik kijk welke spelers hem aanspelen, vervolgens probeer ik dat te verhinderen, waardoor hij geen ballen krijgt. Als hij de helft van de ballen krijgt, heb ik nog maar een half probleem. Het lijkt net of Lennard Groot met een hele simpele beweging iemand uitspeelt, maar in feite maakt ie 100 bewegingkjes in 1 seconde, maar dat zie je niet. Als hij een-tegen-een komt zeg ik altijd: laat het hem lekker uitzoeken. dan zeggen de spelers; We kunnen hem toch helpen? Mijn antwoord is dan: ten eerste is de kans groot dat je hem in de weg loopt en bovendien trek je als tweede aanvaller een tweede verdediger mee en twee tegen twee is moeilijker dan een-tegen-een.
Van Gerard Laan wordt nog wel eens gezegd dat hij te laat bij de bal is, dat de verdediger voor hem kruipt, en hem de bal afneemt. Nu kan heel het stadion zeggen: hij is niet snel, maar wat is snelheid? Vaak verwisseld het publiek snelheid met inzicht. Kijk, als Gerard nu iets eerder begint te lopen dan een ander, lijkt hij sneller. Het is heel simpel: je bent op tijd of je bent te laat. Als je te laat bent moet je zorgen dat je op tijd vertrekt, dat is duidelijk. Voetbal is een spel van fouten. De ploeg die de minste fouten maakt, wint. Het verschil tussen goed en fout in het amateurvoetbal ligt vaak in niet meer dan anderehalve meter.
Voetbal is simpel, het moeilijkste is simpel voetballen. Ik zie gewoon dat Valken daarin tekort schiet. Neem nu Mark Dop, hij kan gaan lopen met de bal, maar dan kan hij het vergeten. Want De Rijp, Always Forward en Spirit’30 zullen aan het eind van de rit altijd harder lopen dan hij. Dus: waar ligt het gaatje en hoe kom je er? Iets slimmer zijn dan een ander. Spelers van De Valken hebben een streepje voor. Een keer spelen, een keer raken, dat is eigenlijk het ware voetbal. Als je een hoge balcirculatie nodig hebt, kan het niet zo zijn dat er een speler met een bal gaat lopen. Dat kan niet. Je kunt hooguit met een bal lopen om een ander de tijd te geven om ergens te komen. Als je sneller wilt spelen kun je wel harder lopen maar in weze bepaalt de bal de snelheid van het spel, maar dat ga je pas zien als je het door hebt.
Het spel is tegenwoordig fysieker geworden omdat de ploegen niet het vermogen hebben om echt voetbal te spelen. Vandaar dus ook dat je op grote toernooien steeds vaker ziet dat fysiek sterke ploegen als Noorwegen of Zwitserland zich plaasten. Die kunnen hun technisch tekortkomingen compenseren met lichaamskracht. Dat was vroeger ondenkbaar. Dat kan ik verklaren door het wegvallen van straatvoetbal, maar ook de verplichting van trainersdiploma’s te hebben. Vroeger werd je getraind door een oud speler van het eerste elftal. Tegenwoordig word je door een gediplomeerde jongen getraind, maar dat wil niet zeggen dat je beter gaat voetballen. Ik denk dat in het jeugdvoetbal begleiding veel belangrijker is dan opleiding, wat dat aangaat is de begeleiding van de Valkenjeugd op de goede weg. Opleiding is een stap verder. De basis is het voetballen, daar heb je als trainer niet zoveel invloed op.
Aan ieder nadeel zit een voordeel. Om goed te voetballen, heb je namelijk goede voetballers nodig, maar een goede voetballer heeft bijna altijd het probleem aan rendement. Neem nu Mike Leegwater, hij wil het altijd mooier doen dan noodzakelijk. Voor een slechte voetballer heeft hij een hele goede techniek. Maar voor een goede voetballer heeft hij juist een slechte techniek. Als iemand minder rendement heeft, kan dat om twee redenen zijn. Hij is niet goed genoeg, of hij zoekt niet de positie waar zijn rendement maximaal kan zijn.
Als de coach De Haart voor elke positie de beste speler kiest, dan heb je nog geen sterk team maar een team dat als los zand uiteen valt. Er zijn zoveel trainers die het over presteren hebben. Wat is dat, prestatie? Prestatie is een leuk woord, maar het gaat altijd eerst om het voetbal. Om het spel. Zoals ik voetbal zie, zeg ik: ik wil graag winnen, maar op de eerste plaats moet er goed gevoetbald worden.
Bij veel clubs in de 4e klasse wordt een 4-4-2 systeem gespeeld. Veldvoetbal hoort gespeeld te worden in een 4-3-3 opstelling. Je kunt niet met twee spitsen spelen, want dan krijg je oneven getallen en kan een elftal nooit functioneren. Je neemt namelijk alle driehoeken weg, met een driehoek heb je altijd twee afspeelmogelijkheden als je in balbezit bent. Wanneer je met twee spitsen speelt, kan de keeper van de tegenpartij de bal negen van de tien keer bij een vleugelverdediger kwijt, vervolgens moeten de vier middenvelders weer opschuiven, dat gaat even goed, maar in de loop van de wedstrijd worden er toch fouten gemaakt, daarom speel ik altijd met drie spitsen, omdat de veldbezetting dan beter is.
Da’s logisch,
Johan Cruijff